Ik vraag niet om meer licht, o God,
maar ogen om wat is te zien.
Geen zoeter zangen, maar oren om te horen
de melodieën die er zijn.
Geen groter kracht, maar ’t juist gebruik
van het vermogen dat in mij is.
Niet meer liefde, maar de kunst
een frons te veranderen in mededogen.
Niet meer vreugd, maar hoe te voelen
haar aanstekelijke aanwezigheid.
Anderen te geven al wat ik heb
aan moed en opgewektheid.
Ik vraag u God, geen andere gift,
maar wijst gij mij de wegen
voor ’t juist gebruik van de kostb’re schat
eenmaal van u verkregen.
Leer mij beheersen ied’re vrees,
de heil’ge vreugde smaken.
De vriend zijn die wij willen zijn
en uwe waarheidssprake.
Het zuiv’re minnen, het goede zoeken,
te verheffen met al mijn kracht.
Alle zielen in harmonie doen leven
in vrijheids volmaakte pracht.
Florence May Holbrook
Rozenkruizersgebed
Dit artikel is afkomstig uit Jaargang: 2009 nummer: 5
Artikelen